Generatievloeken en erfzonden verbreken met het verleden

Ken je dat wanneer er een gastspreker in de gemeente spreekt dat meestal de boodschap laagdrempelig en feel good is? Met deze verwachting zat ik ook afgelopen zondag (3 april 2016) in de dienst totdat de spreker vertelde waarover hij het wilde hebben namelijk de erfzonde of generatie vloek. Nu ben ik zeer zeker niet een charismatisch christen dus ik was in één keer alert.. Wat gaan we nu krijgen?

De erfzonde of generatie vloek is een ‘leer’ die ervan uit gaat dat we als mensen geestelijk en lichamelijk belast zijn door zonden gedaan door onze voorouders. Heel kort door de bocht ontvangen we straf voor iets gedaan door generaties voor ons. Dit is iets wat buiten ons machtsveld ligt en waarvan we alleen door demonen uitdrijven bevrijd kunnen worden. En hoe weet je wat de zonden of vloeken waren, juist door een (betaalde) cursus volgen. Hiervan krijg ik persoonlijk behoorlijk jeuk…

Ik was dan ook blij om te horen dat spreker ons kwam waarschuwen voor deze dwaalleer met een degelijke onderbouwing. Het ‘bewijs’ voor een erfzonde of generatie vloek ligt in een foutieve interpretatie van Exodus 20:4-6 waar staat.

4 U zult voor uzelf geen beeld maken, geen enkele afbeelding van wat boven in de hemel, of beneden op de aarde of in het water onder de aarde is. 5 U zult zich daarvoor niet neerbuigen, en die niet dienen, want Ik, de HEERE, uw God, ben een na-ijverig God, Die de misdaad van de vaderen vergeldt aan de kinderen, aan het derde en vierde geslacht van hen die Mij haten, 6 maar Die barmhartigheid doet aan duizenden van hen die Mij liefhebben en Mijn geboden in acht nemen.

Wanneer we 5b lezen dan kunnen we inderdaad een conclusie eruit trekken dat God de misdaden van vaderen vergeldt bij  de nakomelingen in het derde en vierde geslacht. Echter gaat het hier niet om misdaden of zonde maar om mensen die afgoden aanbidden en God haten. En God zal dan de nakomelingen van deze mensen ‘bezoeken’ om te kijken of hun hartgesteldheid anders is.

Laten we nu eens kijken hoe God denkt over zondaren, neemt Hij echt niet wraak?

21 Maar wanneer de goddeloze zich bekeert van al zijn zonden die hij gedaan heeft, al Mijn verordeningen in acht neemt en recht en gerechtigheid doet, zal hij zeker in leven blijven, hij zal niet sterven. (Ezechiël 18:21)

23 Zou Ik werkelijk behagen scheppen in de dood van de goddeloze? spreekt de Heere HEERE. Is het niet, wanneer hij zich bekeert van zijn wegen, dat hij zal leven? (Ezechiël 18:23)

We leren uit deze teksten dat een ieder die zich bekeert zal leven, immers God schept geen behagen in de dood van de mens die niet gelooft. God stelt bekering en leven boven de dood en ongeloof, dat is waar hij naar verlangt. Dus waarom zou Hij een bekeerde christen ‘lastig’ vallen met zonde of een vloek uit generaties ervoor?

We kunnen in de Bijbel vinden dat de generatie vloeken of erfzonde een dwaalleer zijn. We vinden dit o.a. terug in de onderstaande verzen:

16 De vaders mogen niet ter dood gebracht worden om de kinderen, en de kinderen mogen niet ter dood gebracht worden om de vaders. Ieder zal alleen om zijn eigen zonde ter dood gebracht worden. (Deuteronomium 24:16)

5 En het gebeurde, toen hij het koningschap stevig in zijn hand had, dat hij zijn dienaren doodde die de koning, zijn vader, gedood hadden. 6 Maar de kinderen van die moordenaars bracht hij niet ter dood, zoals geschreven staat in het wetboek van Mozes, waar de HEERE geboden heeft: De vaders mogen niet ter dood gebracht worden om de kinderen en de kinderen mogen niet ter dood gebracht worden om de vaders, maar ieder zal om zijn eigen zonde ter dood gebracht worden. (2 Koningen 14:5-6)

19 Maar u zegt: Waarom draagt de zoon de ongerechtigheid van zijn vader niet? Wel, de zoon heeft recht en gerechtigheid gedaan: al Mijn verordeningen heeft hij in acht genomen en hij heeft ze gehouden. Hij zal zeker in leven blijven. (Ezechiël 18:19)

Deze teksten (en vele anderen) geven een duidelijk beeld dat iemand NIET verantwoordelijk is voor de zonden of vloeken die rusten op hum voorouders. Wanneer we ons dit wel laten ‘aanpraten’ en ons hart ervoor open zetten geven we juist ruimte aan satan om ons te overtuigen ervan en ons van God weg te houden.

In dit licht moeten we vooral Ezechiël 18:23 onthouden dat God geen enkel behagen vind in de veroordeling van een ongelovige. Sterker nog Hij hoopt dat deze zich bekeerd zodat die ook het leven kan krijgen! Wij hebben te maken met een liefdevolle en vergevende God, niet een haatdragende!